Motie: Duur­zaamheid is geen detail

De indieners van deze motie stellen de gemeenteraad voor om in de vergadering van 10 oktober 2023 een besluit te nemen overduurzaamheid en circulariteit als beleidsdoelen en -kaders in toekomstig beleid mee te nemen.

De indieners hoorden/lazen dat:
• De regionale detailhandelsvisie van het Stedelijk Gebied Eindhoven een actualisatie is van de visie uit 2015. De hoofdlijn een continuering van het bestaande beleid is, maar deze visie een aantal aanscherpingen bevat.
• Deze visie bedoeld is “om op het niveau van de SGE (9 gemeenten) wel al gezamenlijk sturing te kunnen geven aan huidige en toekomstige ontwikkelingen.” (Raadsvoorstel, p.1)
• Deze visie bedoeld is “om vooruitlopend op een herziening van de MRE-visie voor het Stedelijk Gebied Eindhoven alvast teactualiseren.” (Raadsvoorstel, p.1)
• Duurzaamheid en circulariteit nu niet ter sprake komt in de visie.
• Er binnen de kaders van deze regionale visie altijd voor lokale beleidsruimte blijft. (Raadsvoorstel, p.3)
• Deze visie geactualiseerd is om vooruit te lopen op een herziening van de MRE-visie. (Raadsvoorstel, p.1)

De indieners vinden dat:
• Als de regio een duurzame economie van de toekomst wil worden, we op alle terreinen en sectoren een transitie nodig hebben.
• Duurzaamheid en circulariteit niet alleen nodig zijn om de (inter)nationale klimaatdoelen1 te halen. Duurzaamheid en circulariteit dragen bij aan de wensen van de consument. Hierdoor wordt de detailhandelssector economisch dus toekomstbestendiger.
• Voorzieningen als bijvoorbeeld de fietsen- of schoenmaker bijdragen aan een duurzamere economie. Door het repareren en hergebruiken van onze spullen zorgen we voor minder grondstoffengebruik en CO2 uitstoot.
• Daarnaast ambachts- en speciaalzaken zich kenmerken door lokaal ondernemerschap. Aan de ene kant vervullen ze vaak een sociaal-maatschappelijke waarde, omdat het contact en ontmoeting stimuleert. Aan de andere kant zijn ze economisch vaker lokaal geworteld.
• Winkels als bijvoorbeeld kringloop en tweedehandswinkel over het algemeen een goedkoper aanbod hebben. Hierdoor wordt het aanbod in producten voor een grotere doelgroep toegankelijker.
• Bij verdere uitwerking van lokaal beleid en een eventueel toekomstige herziening van de MRE-visie ook duurzaamheid en circulariteit moeten worden meegenomen.

De indieners roepen het college van burgemeester en wethouders op om:
1 In het lokale detailhandelsbeleid expliciet in te gaan hoe duurzaamheid en circulariteit worden meegenomen.
2 Bij de voorbereiding op een eventueel toekomstige herziening van de MRE-visie ook in de regio de aspecten duurzaamheid en circulariteit af te wegen en waar mogelijk de Regionale Adviescommissie Detailhandelsvisie (RACD) om advies te vragen.