Raads­vragen: Dus toch gewoon graaif­latie bij de ODZOB

Indiendatum: 6 okt. 2023
Antwoorddatum: 31 okt. 2023

Als eerste willen we benadrukken dat we constateren dat er bij de ODZOB zeer kundige medewerkers werken die wij zeer waarderen.
Desondanks zien we dat het functioneren van ODZOB de afgelopen jaren achterblijft en zien we dat de ODZOB tekort schiet in de gemaakte analyse over haar functioneren. Er wordt door de ODZOB geen zicht geboden op de oorzaken van het hoge ziekteverzuim, er zijn geen meetbare indicatoren en doelstellingen geformuleerd om te toetsen wat de voortgang is op werkzaamheden, er is sprake van een hoog personeelsverloop en de basisgegevens zijn niet op orde (ondermeer de registratie van inrichtingen en gegevens rondom toezicht). Daarnaast is er geen probleemanalyse gemaakt waaruit duidelijke actiepunten volgen om dit op te lossen.
We hebben gezien dat deze zorgen breed bij alle deelnemers van de ODZOB leven.

1. Kan het college beschrijven hoe de zienswijze van Eindhoven is ingebracht, wat voor proces er is gelopen en waarom er niets is gedaan met de zienswijze van de gemeente Eindhoven?

De door de Gemeenteraad ingebrachte zienswijze is integraal ingebracht bij het Dagelijks Bestuur (DB) van de ODZOB. Het DB heeft een concept reactienota gemaakt naar aanleiding van alle ingebrachte zienswijzen, waarin ze haar eigen afweging heeft gemaakt hoe om te gaan met de ingebrachte zienswijzen. Toen wij op basis van deze concept reactienota constateerden dat er feitelijk niet of nauwelijks tegemoet werd gekomen aan de ingebrachte zienswijzen hebben we namens Eindhoven drie amendementen op de begroting ingediend, gericht op de sterk gestegen kosten voor inhuur, de hoge overhead en de nota ‘naar een fitte organisatie’ (deze amendementen zijn ter informatie bijgevoegd). Inboeknummer 23bst015052

2. Indien er stemming is geweest over punten uit de zienswijze van de gemeente Eindhoven, kan er dan inzichtelijk worden gemaakt wie op welke punten hierover heeft gestemd en hoe zij daarop hebben gestemd?

Naar aanleiding van de bespreking van het door ons ingebrachte amendement over de nota ‘naar een fitte organisatie’ zijn er op 14 september door het DB bij de vergadering toezeggingen gedaan om te komen met een betere en bredere probleemanalyse, met het aanvullende bedrag in de begroting van 2024 tot een aanpak hiervan te komen en de medewerkers te betrekken bij het maken van deze analyse. Naar aanleiding van deze toezegging hebben wij het amendement gericht op de nota ‘naar een fitte organisatie’ (bijlage 1) ingetrokken.

Voor het amendement met betrekking tot het beperken van de kosten voor inhuur (bijlage 2) is door Eindhoven, Veldhoven en Cranendonck gestemd. Voor het amendement met betrekking tot het beperken van de overhead kosten (bijlage 3) is gestemd door Eindhoven en Veldhoven. Beide amendementen zijn daarmee niet aangenomen. Tenslotte is de gewijzigde begroting 2024 in stemming gebracht, waarbij slechts Eindhoven, Veldhoven en Cranendonck tegen hebben gestemd. De begroting is daarmee met meerderheid van stemmen aangenomen. Voor de volledigheid delen wij hier ook graag het verslag van het AB van 14 september (bijlage 4). Vanuit Eindhoven is er aangegeven dat in dit verslag naar ons idee niet de brede discussie rondom de stijgende kosten is weergegeven.

3. Is het college bereid om te onderzoeken hoe we verzoektaken niet meer bij de ODZOB neer kunnen leggen en daar de raad nader over te informeren?

We zijn voornemens door middel van een quickscan in kaart te brengen wat de gevolgen zijn van het terugtrekken van (basis, verzoek- danwel collectieve) taken bij de ODZOB. Hierbij willen we zowel in beeld brengen wat de voor- en nadelen zijn voor Eindhoven, de afzonderlijke gemeenten als de GR ODZOB gezamenlijk, dit zowel op inhoudelijke outcome als financiën. We zullen de Gemeenteraad middels een collegebrief informeren over deze quickscan. Tegelijkertijd volgen we de komende periode de ontwikkelingen binnen de ODZOB nauwgezet en monitoren we of de toezeggingen en de voorgenomen maatregelen leiden tot verbetering in het werkproces en de financiële stand van zaken binnen de ODZOB.

Door het uitvoeren van de quickscan kunnen we, wanneer we zien dat niet serieus met onze zorgen omgegaan wordt en de noodzakelijke inhoudelijke stappen niet gezet worden, de afweging maken welke stappen het meest aangewezen zijn waaronder het terughalen van taken tot en met het uittreden uit de ODZOB, waarbij uiteraard goed bezien dient te worden wat juridisch haalbaar is. Inboeknummer 23bst015053

4. Hoe reflecteert het college op deze financiële gang van zaken in relatie tot de andere gemeenschappelijke regelingen en is het college van mening dat er bij andere gemeenschappelijke regelingen ook bijsturing gewenst is?

We zien dat de huidige financiële gang van zaken te herleiden is tot het inhoudelijke functioneren van de ODZOB. Dit is iets dat we niet op deze wijze bij andere brede regionale Gemeenschappelijke Regelingen (MRE, Veiligheidsregio GGD en Ergon)terugzien. Dat maakt dat er bij die andere regelingen geen aanleiding / noodzaak is voor bijsturing. Naast de kwaliteit van de dienstverlening heeft ook de kostenontwikkeling bij Gemeenschappelijke Regelingen voortdurend onze aandacht.

Specifiek ten aanzien van de GGD geldt dat we zijn geconfronteerd met de noodzaak om structureel via de inwonersbijdrage bij te dragen aan het verbeteren van de processen op het gebied van informatieveiligheid, informatiehuishouding en risicomanagement wat deels het gevolg is van (nieuwe) wetgeving