Raads­vragen:  Gras(gev)aren


Indiendatum: 15 feb. 2024

Inleiding  

Eerder hebben wij technische vragen gesteld aan het college inzake grasaren en het bestrijden hiervan nu deze een gevaar opleveren voor (huis)dieren. Wij konden ons grotendeels vinden in de beantwoording hiervan. Er werd namelijk aangegeven dat bestrijden in de hele stad extreem kostbaar zou zijn en praktisch onuitvoerbaar. Bovendien zouden rigoureuze maatregelen nodig zijn die ten koste gaan van de biodiversiteit in Eindhoven. Het is in de eerste plaats aan de hondenbezitters om voor hun hond (aan de lijn) scherp te zijn op mogelijk contact met grasaren en de vacht en poten van hun huisdier bij thuiskomst hierop te controleren. Op hondenlosloopterreinen willen we het vrij en onbezorgd los lopen van honden zoveel mogelijk faciliteren. Ons beheer van de hondenlosloopterreinen is er dan ook op gericht om de hondenlosloopterreinen zoveel mogelijk vrij van grasaren te houden.

Zoals bekend zijn wij een voorstander van zo min mogelijk maaien, echter vinden we het wel van belang dat we de gevaren hiervan voor dieren en inwoners in de gaten houden en daarom hebben wij nog een aantal vragen:

  1. Er werd aangegeven in de technische vragen dat het plaatsen van borden vanwege het ruim verspreid voorkomen van de grasaren en het straatbeeld geen optie zou zijn. Is het college eventueel bereid, om op de meest omvangrijke plaatsen waar veel grasaren voorkomen, paaltjes neer te zetten (zie afbeelding beneden met daarbij een aangepaste tekst)? Zo worden hondeneigenaren toch gewaarschuwd op de meest gevaarlijke plekken en dit heeft minder impact op het straatbeeld.
  2. Er zouden klachten van inwoners zijn dat op bepaalde uitloopvelden toch een grote hoeveelheid grasaren aanwezig zijn, als voorbeeld werd het uitlaatveldje in de irisbuurt genoemd. Dit was in het groeiseizoen. Kan het toch zo zijn dat bepaalde uitloopplaatsen met het maaien worden overgeslagen of vanwege drukte en hoeveelheid niet bereikt worden?
  3. Ook zou een klacht zijn van een inwoner dat er tijdens het maaien niet gekeken wordt naar wat er gemaaid wordt zolang er maar een bepaald percentage wordt gemaaid. Hierdoor komt het regelmatig voor dat bepaalde stukken die wel beter gemaaid kunnen worden, niet worden gemaaid en hetgeen dat beter behouden kan blijven wel wordt gemaaid. Is het college bekend met deze klachten en is zij bereid om hier verder naar te kijken?

Indiendatum: 15 feb. 2024
Antwoorddatum: 12 mrt. 2024

Inleiding

De beschreven grasaar is afkomstig van een grasachtige plant, genaamd Kruipertje, die inderdaad ongemak kan veroorzaken bij honden. Het is een plant die goed gedijt in de stad en komt voor op warme en voedselrijke gronden langs wegen en op muren. In de stad groeit de plant ook tussen straatstenen en stoeptegels. Het Kruipertje bloeit van juni tot de herfst met als bloeiwijze een aar. Deze bloeiaar heeft weerhaakjes waardoor deze in de vacht van honden kan blijven hangen en soms ontstekingen veroorzaakt.

Het verwijderen van de plant uit de stad is een onmogelijke opgave. Binnen de hondenlosloopterreinen mag de hondenbezitter verwachten dat honden zich vrij kunnen bewegen. Buiten deze terreinen is het risico van contact aanzienlijk groter, maar ook hier wordt getracht dat risico te beperken middels het maaibeheer.

1. Er werd aangegeven in de technische vragen dat het plaatsen van borden vanwege het ruim verspreid voorkomen van de grasaren en het straatbeeld geen optie zou zijn. Is het college eventueel bereid, om op de meest omvangrijke plaatsen waar veel grasaren voorkomen, paaltjes neer te zetten (zie afbeelding beneden met daarbij een aangepaste tekst)? Zo worden hondeneigenaren toch gewaarschuwd op de meest gevaarlijke plekken en dit heeft minder impact op het straatbeeld.

De gemeente hanteert in algemene zin een terughoudend beleid als het om plaatsen van borden gaat vanwege het straatbeeld en effectiviteit (van de borden die wel geplaatst worden). Gezien de wijdverspreide aanwezigheid van deze grassoort in de stad is het onmogelijk om gericht borden te gaan plaatsen.

Er is daarom voor gekozen om het probleem aan te kaarten via de gemeentelijke communicatiekanalen (website en socials). Er staat informatie op de website (www.eindhoven.nl/grasaren) waarin wordt beschreven wat grasaren zijn, waar ze voorkomen en wat de gemeente er tegen doet. Daarnaast wordt ook aangegeven wat hondenbezitters zelf kunnen doen. Zo is het bijvoorbeeld belangrijk dat hondenpoep wordt opgeruimd omdat de plant erg goed gedijt op deze voedingsstoffen. Naast de informatie op de gemeentelijke website wordt dit onderwerp via de socials in juni nog een keer specifiek onder de aandacht gebracht. Het onderwerp is onderdeel van de vaste communicatiekalender en wordt daarmee ieder jaar rond dezelfde periode opnieuw onder de aandacht gebracht.

2. Er zouden klachten van inwoners zijn dat op bepaalde uitloopvelden toch een grote hoeveelheid grasaren aanwezig zijn, als voorbeeld werd het uitlaatveldje in de irisbuurt genoemd. Dit was in het groeiseizoen. Kan het toch zo zijn dat bepaalde uitloopplaatsen met het maaien worden overgeslagen of vanwege drukte en hoeveelheid niet bereikt worden?
Er worden met maaien geen hondenlosloopterreinen of delen ervan overgeslagen. Deze terreinen zijn opgenomen in de maaibestekken en worden conform bestek beheerd. Dat beheer bestaat uit 3 keer per jaar klepelen. Het gras wordt dan machinaal kortgeslagen, maar niet afgevoerd. Als dit tijdig gebeurt kunnen geen grasaren gevormd worden.
Het is lastig om op basis van de hierboven beschreven meldingen na te gaan of er op de betreffende losloopvelden grasaren aangetroffen worden, maar het kan ook niet uitgesloten worden. Om het risico op grasaren op de hondenlosloopterreinen verder te verminderen stellen we als proef voor om de maaifrequentie op hondenlosloopterreinen voor een jaar te verdubbelen van 3 naar 6 keer. De 3 extra maaibeurten worden dan in het grasaren-seizoen (van juni tot en met augustus) toegevoegd aan de planning, zodat het gras geen aren kan vormen tussen 2 maaibeurten. Deze maatregel kan binnen het reguliere beheerbudget gerealiseerd worden en zal ook geëvalueerd worden.

3. Ook zou een klacht zijn van een inwoner dat er tijdens het maaien niet gekeken wordt naar wat er gemaaid wordt zolang er maar een bepaald percentage wordt gemaaid. Hierdoor komt het regelmatig voor dat bepaalde stukken die wel beter gemaaid kunnen worden, niet worden gemaaid en hetgeen dat beter behouden kan blijven wel wordt gemaaid. Is het college bekend met deze klachten en is zij bereid om hier verder naar te kijken?

De omheinde hondenlosloopterreinen worden in hun geheel gemaaid, dus de vraag lijkt betrekking te hebben op het maaibeheer buiten de hondenlosloopterreinen, zoals in bermen. Grasaren komen daar vooral voor in combinatie met lang gras en bloemrijk graslandbeheer. Hierbij wordt het maaisel altijd afgevoerd, inclusief de aren die dan aanwezig zijn. Verspreiding wordt hierdoor beperkt, doch niet uitgesloten.

Bij dit maaibeheer wordt inderdaad een deel van het gras niet gemaaid ter bevordering van de biodiversiteit. Het gaat hierbij om 15% van de totale oppervlakte. De randen langs het trottoir worden wel altijd gemaaid. Als de hondenbezitters hun hond conform de APV aan hebben gelijnd, dan is het risico dat de hond in contact komt met deze plant zeer klein. Het is voor de hondenbezitters daarom van belang om op de aangewezen paden te
blijven en erop te letten dat de hond niet in hoog gras komt. Ook ver het aanlijnen van honden wordt op de gemeentelijke website gecommuniceerd
www.eindhoven.nl/projecten/genneper-parken/honden-aan-de-lijn-natuurlijk

Daarnaast is het goed om de hond na een wandeling te controleren op grasaren. Hier wordt ook op gewezen in de gemeentelijke communicatie zoals hierboven beschreven.